Trainingsschema: ademhalingsritme

Het doel van de training van deze week is het verbeteren van de flexibiliteit in het ademhalen. Tevens gaan we ook het aerobe vermogen verbeteren. We wensen iedereen weer veel zwem- en trainingsplezier met deze training.

Inzwemmen:

  • 100 meter rugcrawl op 60%
  • 100 meter borstcrawl op 60%
  • 100 meter schoolslag op 60%
  • 200 meter alleen benen, lekker per 25 meter afwisselen van slag.

Kern 1 Techniek:

  • 8x 25 meter borstcrawl zwemmen met 15 seconden rust tussendoor. Elk baantje gaan we  in een ander ritme ademhalen. In de oneven banen halen we om de slag adem (gemakkelijk in het open water). In de even banen gaan we om de 4 slagen ademhalen. Probeer altijd “klein” te blijven ademhalen en weinig te slingeren. Voordat je gaat ademen, moet je eerst onder water uitblazen, zodat je ook echt alleen meer in hoeft te ademen. Haal adem aan de zijkant, draai je kin dus naar je schouder toe en laat je hoofd in het water liggen. Optillen betekent zinken met je benen, meer weerstand en minder snelheid.
    Als variatie kun je ook nog proberen om na 3 slagen adem te halen. Je gaat dan ook ademen aan je niet favoriete kant! Afwisseling genoeg dus.

Kern 2 Conditie:

  • 2 x 400 meter borstcrawl met 1 minuut rust ertussen. Negative split ( = tweede helft van de 400m sneller dan de eerste helft) Begin op een tempo van 65% en probeer dus de tweede 200 meter te versnellen naar een hoger tempo.

Uitzwemmen:

  • 4x 25 meter schoolslag benen, lekker even rondkijken terwijl je met je armen op een plankje hangt.

Prestatief: in totaal heb je met deze training 1.600 meter gezwommen.

Tip:

Probeer bij het duur zwemmen een ritme te vinden waarmee je het gevoel hebt dat je het heel lang kunt volhouden. Bij zulke trainingen hoef je absoluut niet kapot te zijn aan het einde. Denk wel bij elke slag na over hoe je hem uitvoert!