
18 mrt Kijkles: een sprong vooruit — in water én zelfvertrouwen.
Met spanning staan ze langs de badrand – ouders, broertjes, zusjes en soms ook opa’s en oma’s. Deze week is het kijkles. Kleine ogen zoeken grote ogen, en zodra ze elkaar vinden, verschijnt er vaak een trotse glimlach. Maar achter die glimlach schuilen vaak ook vragen. Hoe gaat het eigenlijk écht met de zwemles van mijn kind?
De instructeur is tijdens deze lessen zeker bereid om vragen te beantwoorden, maar let wel op: zij zijn ondertussen ook nog steeds bezig met lesgeven en houden de kinderen in de gaten. Gelukkig komt er tijdens de kijkles een coördinator langs aan wie u ook algemene vragen kunt stellen.
Het belangrijkste wat je als ouder wilt weten, is natuurlijk hoe het gaat tijdens de zwemles en of je kind vooruitgang boekt. We merken vaak dat ouders hier verschillend naar kijken. De één is volledig gefocust op de vraag of het kind al bijna op kan voor het zwemdiploma, terwijl de ander vooral hoopt dat het kind plezier heeft in de les en zich veilig voelt. Verschillende mensen, verschillende verwachtingen.
Veel kun je gelukkig ook zelf al terugzien tijdens de les — ook al ben je als ouder geen zwemonderwijzer. We zorgen er tijdens de kijkles dan ook voor dat de kinderen in ieder geval de zwemslagen oefenen. Zo kun je zelf observeren of ze sneller vooruitkomen, of de techniek ten opzichte van de vorige keer verbeterd is, of ze al langer met hun hoofd onder water durven, en of ze zelfstandig in het water springen en zonder zwemvestje durven zwemmen. Dan hebben we het nu vooral over de zwemvaardigheden en de zelfredzaamheid van het kind.
Maar er is meer om op te letten. Denk bijvoorbeeld aan: Doet mijn kind goed zijn best? Krijgt het voldoende aandacht van de instructeur? Voelt mijn kind zich op zijn/haar gemak in de groep? Hoe gaat de instructeur om met mijn kind, maar ook met de rest van de groep?
Dit zijn vragen die je niet per se hoeft te stellen — veel is namelijk al te zien. Als je kind plezier uitstraalt en enthousiast meedoet met alle oefeningen, is dat een goed teken. En als het tijdens techniekoefeningen regelmatig geholpen wordt door de instructeur, krijgt het voldoende begeleiding om de techniek te verbeteren. Ook de houding en het enthousiasme van de instructeur zeggen veel over hoe hij of zij met de kinderen omgaat. Neem van mij aan: wij doen tijdens een kijkles niets anders dan in de reguliere lessen. De kinderen verdienen elke les onze volle aandacht, met of zonder publiek.
Een kijkles laat zien hoe hard kinderen hun best doen, maar ook hoeveel plezier ze hebben en hoeveel vertrouwen ze opbouwen. En uiteindelijk is dat misschien nog wel belangrijker dan hoe ver ze al onder water kunnen zwemmen. Want een kind dat zich veilig voelt en plezier heeft, blijft gemotiveerd — en dát zorgt voor echte vooruitgang. Dus als je kind je na de les met natte haren en een grote grijns aankijkt, weet je: die duik in het diepe was vandaag weer een stap vooruit.