Special forces

Sinds een paar weken geef ik les aan een “plus” groepje. Dit houdt in dat er maar maximaal 6 kinderen in een groepje zitten. Vaak zijn het kinderen met een rugzakje die wat extra aandacht nodig hebben.

Op het moment dat ik ze afgelopen week op ging halen voor de les, kwam de eerste al naar mij toegelopen: “Hee juf, hebben we vandaag weer net zo’n leuke les als vorige week?” Altijd fijn als iemand spontaan dit vraagt aan mij. “Nou”, zei ik “dat gaat vandaag wel goed komen”.

Om het voor mezelf wat gemakkelijker te maken, maar ook om juist te kijken naar wat deze kinderen wel kunnen noem ik ze voortaan mijn Special Forces-groep (speciale krachten). Dat klinkt al een stuk positiever als kinderen met een rugzakje, niet? Het draait vaak ook om mindset en op welke manier je naar een groep kijkt en hoe je ermee omgaat. Ik moet dus juist op zoek naar hun krachten en daar gebruik van maken.

Carlo zwemt vandaag liever onder water dan boven water. Aangezien het op de rug toch echt de bedoeling is dat je hoofd boven water blijft heb ik hem geprezen voor het feit dat hij het heel goed onder water zwemt. Tevens heb ik hem uitgedaagd om het boven water te doen en een baantje later was hij alleen nog maar boven water aan het zwemmen.

Thomas leeft vooral in zijn eigen wereld en weet soms echt niet dat hij bij de zwemles is. Hij staart dan wat vooruit en doet verder niets. Ik heb hem aan het begin van de les diep in zijn ogen aangekeken en gevraagd of hij dicht bij mij wilde gaan staan als ik iets uitlegde. Aan het einde van de les zag ik zelfs een grote glimlach om zijn mond bij een oefening die hij leuk vond. Vorige week had ik het idee dat hij in een ander zwembad aan het zwemmen was. Zijn kracht heb ik dus ondertussen ook ontdekt.

Dan hebben we nog Annika, een gezellige kletstante. Ze zat met het beginspelletje samen met mij in een groepje, wat ze super stoer vond. Halverwege de les had ze een zere vinger, dus kon ze even niet zwemmen. “Prima”, zei ik, “rust maar heel even uit en dan ga je zo met de volgende oefening weer meedoen”. Bij de volgende oefening stootte ze vervolgens haar knie aan de mat. Ik zei: “het lijkt wel of jij vandaag de pechvogel van de groep bent”. Door juist op deze manier een stukje aandacht te geven zwom ze juist door en ging ze niet zielig aan de kant zitten. Ik heb nog een paar keer gevraagd hoe het ging en dat was voor haar voldoende. Ze kreeg van mij de aandacht al voordat ze er zelf om vroeg. Soms moet je ze voor zijn.

Stiekem vind ik het wel leuk dat ik deze Special Forces groep heb. Zij zorgen weer voor uitdaging bij mij om mee te bewegen met hun speciale krachten. Elke week anders, elke week leuk, elke week een uitdaging met een aantal schitterende kinderen. Deze week was in ieder geval een goede en leuke week. Volgende week zien we wel weer verder.

 

P.s. de namen zijn niet de echte namen van de kinderen.